hoe
de zachtheid
[ voor Engelse vertaling >>
]
hoe de zachtheid van het vlees
het scherpe staal niet wil verduren
en het teder vel het ruwe schuren
aan stenen kartelranden vreest
hoe in 't complexe ingewand
de holten steeds maar stoffen eisen
en lastig hakend naar verrijzen
eronder de veile sekse hangt
hoe de dure klok van 't hart
zich moedig slaat door tegenslagen
en zich loodst langs hinderlagen
naar 't uur dat de vervoering start
hoe de kelders van de geest
volgestouwd zijn met archieven
verboekt verfilmd verdriet gelieve
te schonen wat ooit is geweest
6 sept
2006
Hypochondrie
Een dikke
bebrildheid om de ogen.
Het hoofd zoemt:het is niks, het is kanker.
De longen afgespeurd: pijntjes hier, pijntjes daar, iets schroeit hier,
iets schrijnt daar in de bronchieën, boven groeit iets, beneden
in de longtoppen broeit iets, keel doet zeer, pijn in het hart.
Achter de ogen zeurt het: stel dat. Opeens weg of een lang ziekenhuisgebeuren
voor de boeg, een lange weg van minderen. Tussen de oren redeneert het:
misschien benauwdheid voor het leven. Knijpt alles zich samen. Om maar
niet te hoeven leven. Een oerangstigheid die niet wil prijsgeven. Bescherm
wat je hebt al is het nog zo weinig. Klamp je vast aan de broodkorst
die je hebt. Aan de doos waarin je slaapt. Speurend naar de barsten
in wat zich niet zo houden kan als het is.
Rond het borstbeen gloeit het en mart en wrakt. De borst zegt: het gaat
niet goed, er is iets, er is iets aan de hand. Het sombert en trekt
en kregelt en roest en drevelt.
Steeds maar door tot het schrijnen lek slaat en het water binnen gulpt
en het zinken begint en het stikken en het grijpt te laat naar de randen
van het bestaan.
Buiten heldert de jonge zomer meisjesgroen en de kastanjes piepen hun
eerste rose en binnen zit de krakmik en tussen de ribben oefent de grijsgegeite
brilsik op de doodsklap
Vroeg Indië
Khaki is
de kleur, legergroen de beruite wagens.
Rijdend door een oude foto van palmgroen en wuifgroen en waar o waar
gaat het niet ingeloste verlangen, de met bolle zeilen
het o zo pietje peuter het zalig vaardig priempje
het altijd tegenover het o zo grote
reuzenander mindere minnetje
vriendinnetje
beknotte zinnetje
steeds vooruitgestoken kinnetje.
juni 2006