to poetry main page
next
These pages
contain poetry and songs. When you want to use them: ask permission
by e-mail to Rob Cassuto |
page
5
een
ijzeren bal dolt rond in een damp van gerafelde
vitrages de vrede is verdwenen als een laatste cent
een lege buidel van leren ongenoeg en ik tuur en
tuur probeer de draad door het oog van een oplossing te
krijgen voor de duizendste keer het
ontbrekende puzzelstukje te vinden van de duivelse
reuzenpuzzel de vruchtbare pit te vinden in de
puinhopige brakige zandakkers
waarschijnlijk ziet mijn
verziende blindheid niet de eenvoud op mijn neus hurken
de kansrijkheid achter mijn elleboog de bron
achter mijn ballen schrikt mijn fladderhart terug voor de
rekening
en talmt het weten van mijn doel mijn dharma
nog achter een sluier die mijn aarzelende hand onmoedig
nog niet licht
27 okt '95
|
an iron ball romps around
in a vapour of frayed lace peace has gone like a last
penny an empty purse of leather lackingness
and I peer and peer try to get the thread through the
eye of a solution for the thousandth
time to find the missing piece of the puzzle
of the fiendish giant puzzle to find the fertile
stone in the rubbly fallow sandy fields
probably my far-sighted blindness doesn't see simplicity
squatting on my nose opportunity behind my ellbow
the source behind my balls my flutterheart shrinks
from the pay-off
and the knowing of my destiny my
dharma lingers behind a veil that my hesitating hand
uncourageously not yet lifts
|
achter een vale
sluier van moeheid trilt het witte kind een gemurmel van
alledaagse parasieten bewaakt het verlangen dat het
torenhoge beest met zijn getrompetter en veelkleurige schijt
met gebroken gehuil en weerloos geween losgebroken vreugde of
ongewettigde liefde niet het nette plantsoen
vertrappe!
temidden van de puzzelaars van de bejaarde
politieke commissie hurkt de zwarte sater
koesterend zijn donker gif zijn bordeaux-rode boksbal van
geilheid zijn dunne mes van razende wrok
zijn kiekakokarma-ontlading zijn
lielalo-lievde
4 nov
95
|
behind a faded veil of fatigue the
white child trembles a buzz of everyday parasites
guards the desire Let not the towering beast with
his hooting and many-coloured shit with his broken howls
and defenceless weeping his loosened joy and unlawful
love trample down the tidy lawn!
among the puzzlers of the aged political committee
the black satyr squats cherishing his dark
venom his bordeaux-red punch ball of horniness
his thin knife of raving rancour his
kikakokarma-discharge his
lilalo-luv
|
een akker van gelegenheid, braak van
ontvangende kluiten hakend naar de eindelijke zaden. daar
vergaat de broeiende boer aan zijn
schaarste, maar
zijn heer de landedelman
alert heldert zijn bereidheid hij kuist zijn woede en
destilleert zijn bitter koen en schoon pint hij de plek des
heils niet naief maar zonder schuld prijst hij zijn
waar
hij bloost en boost als zijn ziel wordt
gehaakt niet zoet van sap is hij of week
desnoods wurgt hij katten kraakt pantsers en krabt wonden bloot
tuigt een felle teef voor zijn kar de duivel
omgeschoold tot motor,
maar
liever weidt hij zijn
hengst beklopt zijn merrie opent zijn ruige pels en schurkt
zijn flanken zindert een vrije vlam en wisselt stroom
kweekt heesters en post zijn duiven onder de
gesternten van goede ogen
22 Okt
95
|
an acre of opportunity, fallow of
receptive clods yearning for the eventual seeds, there
the sultry farmer perishes at his paucity, but
his lord the squire alertly clears his readiness he
cleans his anger and distilles his bitters bold and
beautiful he pins the place of salvation not naively but
without guilt he praises his goods
he blushes and
angers when his soul is hooked not goody-goody he is nor
soft if need be he strangles cats cracks armours and
scratches open wounds harnesses a fierce bitch in front of
his cart the devil converted into engine,
but
better he likes to graze his stallion to tap his
mare to open his furry shape and rub his flanks
glowing a free flame and alternating currents growing
shrubs and homing his pigeons under the stars of good
eyes
|